Deze toets bestaat uit 5 vragen. De vragen zijn vooral bedoeld om 'ongeveer' een beeld te hebben wat je kunt verwachten.
Succes!!!
Opgave 1
Helen fietst 4 km in 9 minuten van huis naar oma. Dat kost haar 9 minuten. Ze rijdt naar huis via een kortere route van 3 km en daar doet ze 6 minuten over.
Bereken de gemiddelde snelheid in km/uur voor haar fiettocht (heen en terug).
Opgave 2
Gegeven zijn twee gelijkvormige rechthoeken. De eerste rechthoek is 2 bij 5, de andere rechthoek is 10 bij p: wat is p?
Opgave 3
Opgave 4
In een tuin is een zigzagpad aangelegd. De aanleg van het pad kost 80 euro per 10 m2.
Bereken de aanlegkosten van het pad.
Opgave 5
Gegeven is een driehoek KLM met \angle M=90^o, KL=10 en je weet: LM is 2 langer dan KM.
Bereken exact de oppervlakte van \Delta KLM
Bonus
In een hok zitten kippen en konijnen. Samen hebben de dieren 35 koppen en 94 poten.
Hoeveel konijnen en hoeveel kippen zitten er in het hok?