Omgaan met formules
Bij de formule $y=5x+8$ kun je voor elke $x$ de bijbehorende $y$ berekenen. Bij $x=3$ hoort $y=5·3+8=23$ en bij $x=-4$ hoort $y=5·-4+8=-12$
Bij de formule $y=2x^2+6$ krijg je:
-
bij $x=5$ hoort:
$y=2·5^2+6=2·25+6=56$
-
bij $x=-3$ hoort:
$y=2·(-3)^2+6=2·9+6=24$
Denk aan de haakjes!
Grafieken
Behalve lineaire of kwadratische formules zijn er nog meer soorten formules, zoals:
-
wortelformules
$y=4\sqrt{x}$ of $y=2+\sqrt{x}$
![q11754img3.gif](/bestanden/q11754img3.gif)
-
exponentiële formules
$y=2·1,5^x$ of $y=500·0,9^x$
![q11754img4.gif](/bestanden/q11754img4.gif)
![](/images/salamander.gif)
|
Lineaire en kwadratische formules
De formule $y=0,5x+3$ is een voorbeeld van een lineair verband. De grafiek is een lijn. De grafiek gaat door de $y$-as in het punt $(0,3)$ en de richtingscoëfficiënt is $0,5$, dus 1 naar rechts een half omhoog... oftewel.. twee naar rechts één omhoog...
![q11754img1.gif](/bestanden/q11754img1.gif)
Om te controleren of een punt op de lijn ligt kun je de coördinaten van een punt invullen. Voor P(20,13) krijgt je:
$13=0,5·20+3$
$13=10+3$
$13=13$
Klopt! Dus P(20,13) ligt op de lijn.
Kwadratisch
De formule $y=0,5x^2-2x-1$ is een voorbeeld van een kwadratische formule. De grafiek is een parabool.
![q11754img2.gif](/bestanden/q11754img2.gif)
Het laagst punt van de grafiek is de top(2,-3).
Om te controleren of het punt $Q(10,31)$ op de grafiek ligt vul je $x=10$ in de formule in:
$y=0,5·10^2-2·10-1$
$y=0,5·100-20-1$
$y=50-20-1$
$y=29$
Het punt $Q(10,31)$ ligt niet op de grafiek.
|