3. bewijzen in cirkels

De stelling van Thales

q12271img1.gif

  • Als $C$ op een cirkel ligt met middellijn $AB$ dan is $\angle ACB$ een rechte hoek.

De omgekeerde stelling van Thales

  • Als $\angle C$ in driehoek $ABC$ recht is dan ligt $C$ op de cirkel met middellijn $AB$.

Koordenvierhoeken

Een koordenvierhoek is een vierhoek waarbij een cirkel bestaat die door de hoekpunten gaat.

Koordenvierhoekstelling

  • De som van een paar overstaande hoeken in een koordenvierhoek is $180^o$

Omgekeerde vierhoekstelling

  • Als de som van een paar overstaande hoeken van een vierhoek gelijk is aan $180^o$ dan is de vierhoek een koordenvierhoek.

q12271img2.gif

Stelling van de constante hoek

q12271img3.gif

  • Als punt $C$ over een cirkelboog $AB$ tussen de punten $A$ en $B$ beweegt dan verandert de grootte van de omtrekshoek $ACB$ niet.

Omgekeerde stelling van de constante hoek

q12271img4.gif

  • Als punt $D$ aan dezelfde kant van $AB$ ligt als punt $C$ en de hoeken $ADB$ en $ACB$ zijn even groot dan liggen $C$ en $D$ op dezelfde cirkelboog $AB$.

Gevolg

  • Als in vierhoek $ABCD$ geldt $\angle ADB=\angle ACB$ dan is $ABCD$ een koordenvierhoek.

De stelling van de omtrekshoek

q12271img5.gif

Gegeven $\angle ACB$ is een omtrekshoek op cirkelboog $AB$. Gegeven is de middelpuntshoek $AMB$.

  • Elke omtrekshoek is half zo groot als de bijbehorende middelpuntshoek.

Er geldt: $\angle ACB=\frac{1}{2}\angle AMB$

©2004-2024 Wiskundeleraar - login