7. Hoofdstuk 7 - goniometrie

  • Ik kan rekenen met verhoudingstabellen, bijvoorbeeld met kruisproducten.
  • Ik ben op de hoogte van de begrippen overstaande rechthoekszijde, aanliggende rechthoekszijde en schuine zijde in een rechthoekige driehoek.
  • Ik ken de tangens als de goniomtetrivhe verhouding van de rechtshoekszijde en ik kan met de tangens in een rechthoekige driehoek hoeken en zijden berekenen.
  • Ik ken het verband tussen tangens, hellingshoek en hellingspercentage.
  • In rechthoekige driehoeken kan ik met behulp van de goniometrische verhoudingen sinus, cosinus en tangens de lengte van zijden en de grootte van hoeken berekenen.
  • In weet dat je in een gelijkbenige driehoek een hoogtelijn kan tekenen zodat je twee rechthoekige driehoeken krijgt.
  • Ik weet dat ik soms in figuren waarin niet direct een rechte hoek te zien is hulplijnen kan tekenen om gebruik te kunnen maken van rechtehoekige driehoeken.
  • Ik kan bij toepassingen en lastige problemen gebruik maken van het werkschema:
    • Verdiep je in de situatie en maak een schets en zoek een rechthoekige driehoek. Teken zo nodig een hulplijn.
    • Los het probleem op met behulp van goniometrische verhoudingen. Denk ook aan de stelling van Pythagoras en gelijkvormigheid. 
    • Beantwoord de vraag en controleer of het antwoord kan kloppen.
    • Vermeld, indien van toepassing, de eenheid.
  • Ik kan de lengte van lijnstukken je berekenen met de stelling van Pythagoras, met gelijkvormige driehoeken of met goniometrische verhoudingen.
  • Wiskunde B: Ik kan in ruimtelijke figuren geschikte rechthoekige driehoeken vinden, diagonaalvlakken gebruiken en met de juiste goniometrische verhouding berekeningen doen.

Algemene aanwijzingen
  • Rond niet te snel, te veel af. Neem meer decimalen in je berekening mee dan je nodig hebt.
  • Maak een goede tekening.
  • Zoek naar rechthoekige driehoeken waar je steeds ‘2 dingen’ weet:
    • Hoek en zijde
    • 2 zijden
  • Let op de 3 dingen van de tangens. De hoek, de overstaande rechthoekszijde en de aanliggende rechthoekszijde.
  • Denk ook aan de stelling van Pythagoras.
  • Maak bij ruimtefiguren vlakke tekeningen. Je kunt dan beter zien hoe ’t zit.

Website

©2004-2024 Wiskundeleraar - login