|
Je kunt boven en onder vermenigvuldigen met hetzelfde. Dus 2:3 is hetzelfde als 4:6 of 20:30. |
|
Je kunt ook in één keer met 10 vermenigvuldigen om te laten zien dat 2:3 hetzelfde is als 20:30. |
|
Je kunt boven en onder ook optellen. Dat is wel bijzonder.
Dus 4:6 is hetzelfde als 24:36.
|
|
Met kruislings vermenigvuldigen kun je 'x' uitrekenen.
2x=3·9
2x=27
x=13$\large\frac{1}{2}$
|
|
Met kruislings vermenigvuldigen kun je ook 'y' uitrekenen.
2·32=3y
3y=64
y=21$\large\frac{1}{3}$
|
'x' en 'y' berekenen:
$x=1\frac{1}{2}\cdot9=13\frac{1}{2}$
$y=\frac{2}{3}\cdot32=21\frac{1}{3}$
|
Er geldt:
3p=2q
Dus:
p=$\large\frac{2}{3}$q
q=1$\large\frac{1}{2}$p
|