Vermenigvuldigingsregel
Een gecombineerde handeling, die bestaat uithandeling I die op $p$ manieren kan worden uitgevoerd én handeling II die op $q$ manieren kan worden uitgevoerd én handeling III die op $r$ manieren kan worden uitgevoerd, kan op $p\times q\times r$ manieren worden uitgevoerd.
Voorbeeld
Je maakt getallen van 3 cijfers. Het eerste cijfer mag geen nul zijn en het laatste cijfer moet even zijn.
-
Hoeveel getallen kan je maken?
Uitwerken
-
Voor het eerste cijfer kan je kiezen uit 9 cijfers $(p)$
-
Voor het tweede cijfer kan je kiezen uit 10 cijfers $(q)$
-
Voor het laatste cijfer kan je kiezen uit 5 $(r)$
-
Je kunt $p\times q\times r=9·10·5=450$ getallen maken.
|
Met en zonder herhaling
Het is bij telproblemen belangrijk je af te vragen of herhalingen zijn toegestaan.
Voorbeelden
-
Je verdeelt 3 keer 1000 euro over een groep van 50 mensen. Op hoeveel manieren kan dat?
-
Uit een groep van 50 mensen moeten er 3 verplicht met prepensioen. Op hoeveel manieren kan je 3 mensen kiezen uit een groep van 50?
-
Uit een groep van 50 mensen moet je een voorzitter, een penningmeester en een koffiejuffrouw (m/v) kiezen. Op hoeveel manieren kan dat?
Uitwerking
-
Is dit nu met of zonder herhaling? Dat is niet duidelijk. Met herhaling geeft $50·50·50=125.000$ manieren. Zonder herhaling is dat $50·49·48=117.600$ manieren.
-
Dit is zonder herhaling. Je kunt niet iemand 3x met prepensioen sturen, denk ik...
Het kan op $\eqalign{\frac{117.600}{6}=19.600}$ manieren.
-
Dit is ook zonder herhaling. Nu is de volgorde wel van belang. Dit kan op $50·49·48=117.000$ manieren.
|