Gelijkvormige driehoeken
Bij het aantonen dat twee driehoeken gelijkvormig zijn noteer je het gelijkvormigheidskenmerk. Er zijn 4 gelijkvormigheidskenmerken. Je noteert ze met kleine letters.
|
Congruente driehoeken
Bij het aantonen dat twee driehoeken congruent zijn noteer je het congruentiekenmerk. Er zijn 5 congruentiekenmerken. Je noteert ze met hoofdletters.
|
Twee driehoeken zijn gelijkvormig als ze gelijk hebben:
-
twee hoeken (hh)
-
een hoek en de verhouding van de omliggende zijden (zhz)
-
de verhouding van de zijden (zzz)
-
een rechte hoek en de verhouding van twee niet omliggende zijden (zzr)
|
Twee driehoeken zijn congruent als ze gelijk hebben:
-
een zijde en twee aanliggende hoeken (HZH)
-
een zijde, een aanliggende hoek en de tegenoverliggende hoek (ZHH)
-
twee zijden en de ingesloten hoek (ZHZ)
-
alle zijden (ZZZ)
-
twee zijden en de rechte hoek tegenover één van die zijden (ZZR)
|
|
Met de gelijkvormigheidskenmerken en de congruentiekenmerken zijn veel eigenschappen van de gelijkbenige driehoek, de gelijkzijdige driehoek, het parallellogram, de ruit en de rechthoek bewezen.
|