Gevarendriehoek
Het is verplicht een gevarendriehoek in de auto te hebben.
Plaats de gevarendriehoek én laat je alarmlichten knipperen als de auto door pech of een ongeval stilstaat op een plek waar deze een gevaar oplevert voor het overige verkeer (zoals nabij een kruising, bocht of heuvel of bij slecht zicht).
Gebruik van een gevarendriehoek bij pech of een ongeval is alleen verplicht als je auto op de rijstrook staat (op de vluchtstrook dus niet) en als het plaatsen van de driehoek geen gevaar oplevert voor je eigen veiligheid.
Plaats de gevarendriehoek op minstens 30 m achter je auto. De gevarendriehoek moet vanaf een afstand van 100 m te zien zijn.
Let op: Op de snelweg (autoroute) is het verboden een gevarendriehoek te plaatsen omdat dat te gevaarlijk is en omdat het verboden is om op de autoroute te lopen.
Veiligheidsvest
Het is verplicht een reflecterend veiligheidsvest in de auto te hebben.
De bestuurder is verplicht een veiligheidsvest te dragen bij pech of een ongeval.
Het veiligheidsvest moet worden bewaard op een goed bereikbare plaats (niet in de kofferbak).
De ANWB adviseert bestuurders voor alle inzittenden een veiligheidsvest mee te nemen in de auto.
