Actueel
Archief
Culinair
Didactiek
Documentatie
Etalage
Formules
Fotoboeken
Functies
Geschiedenis
ICT
ICTauteur
Laatste nieuws
Lesmateriaal
Muziek
Natuur
Onderwijs
Ontspanning
Persoonlijk
Probleemaanpak
Proeftuin
Puzzels
Rekenen
Rekenmachines
Ruimtemeetkunde
Schoolwiskunde
Snippers
Systeem
Taal van de wiskunde
Vergelijkingen
Verhalen
WisFaq
WisKast




2. Vermenigvuldigen

Om breuken te vermenigvuldigen moet je de tellers en de noemers met elkaar vermenigvuldigen. Dus 'teller keer teller, noemer keer noemer'.

$
\eqalign{\frac{2}{3} \times \frac{3}{4} = \frac{{2 \times 3}}{{3 \times 4}} = \frac{6}{{12}} = \frac{1}{2}}
$

Als je het antwoord kunt vereenvoudigen dan moet je dat natuurlijk doen.

Vermenigvuldigen met een geheel getal

Je kunt breuken ook vermenigvuldigen met een geheel getal.

$
\eqalign{4 \times \frac{2}{7} = \frac{4}{1} \times \frac{2}{7} = \frac{8}{7} = 1\frac{1}{7}}
$

$
\eqalign{3\frac{3}{5} \times 6 = 18\frac{{18}}{5} = 21\frac{3}{5}}
$

Samengestelde breuken

Bij het vermenigvuldigen van samengestelde breuken is het handig om de helen weg te werken.

$
\eqalign{4\frac{2}{3} \times 2\frac{3}{4} = \frac{{14}}{3} \times \frac{{11}}{4} = \frac{{154}}{{12}} = 12\frac{5}{6}}
$

Handig?

Soms is het handiger om teller en noemer door hetzelfde getal te delen. Die teller en die noemer mogen bij vermenigvuldigen best van een andere breuk zijn.

$
\eqalign{\frac{4}{{15}} \times \frac{5}{{12}} = \frac{1}{{15}} \times \frac{5}{3} = \frac{1}{3} \times \frac{1}{3} = \frac{1}{9}}
$

©2004-2024 W.v.Ravenstein