Een vergelijking bestaat uit een linker lid en een rechter lid met daartussen een is-gelijk-teken. Het is een voorbeeld van een open bewering. Het linker- en rechterlid is meestal een formule met een of meerdere variabelen en/of getallen. Dit kan één variabele zijn, maar er zijn ook vergelijkingen met meer variabelen.
Een vergelijking kan je proberen op te lossen. Dat komt er op neer dat je waarden zoekt voor de variabelen zodat er een ware bewering ontstaat.
Vergelijkingen kunnen ook meerdere oplossingen hebben. Ze kunnen zelfs oneindig veel oplossingen hebben maar soms hebben ze ook geen oplossingen.
|