Actueel Archief Culinair Didactiek Documentatie Etalage Formules Fotoboeken Functies Geschiedenis ICT ICTauteur Laatste nieuws Lesmateriaal Muziek Natuur Onderwijs Ontspanning Persoonlijk Probleemaanpak Proeftuin Puzzels Rekenen Rekenmachines Ruimtemeetkunde Schoolwiskunde Snippers Systeem Taal van de wiskunde Vergelijkingen Verhalen WisFaq WisKast
|
Zelf vergelijkingen bedenken
Opgave 1
Van een rechthoekig terrein is de lengte 5 meter meer dan de breedte. De oppervlakte is 150 m2.
-
Bereken de afmetingen van het terrein.
|
|
Opgave 2
Van een rechthoekig terrein is de omtrek gelijk aan 120 m. De lengte is twee keer zo groot als de breedte.
-
Bereken de afmetingen van het terrein.
|
|
Opgave 3
Neem 's aan dat je 200 m prikkeldraad hebt.
-
Wat is de oppervlakte van het grootst mogelijke terrein dat je daarmee kan afzetten!?
|
|
Opgave 4
Hieronder zie je het trapezium ABCD met twee rechte hoeken.
-
Geef een formule voor de oppervlakte van ABCD.
-
Wat is x als de oppervlakte gelijk is aan 30.
|
|
Opgave 5
Hieronder zie je het trapezium ABCD nog een keer.
-
Geef een formule voor de omtrek van ABCD.
-
Wat is x als de omtrek gelijk is aan 20?
|
|
Opgave 6
Drie zijden van een gelijkbenig trapezium zijn 10 cm lang.
-
Geef een formule voor de oppervlakte van het trapezium, uitgedruk in x.
|
|
Opgave 7
In een balk ABCD.EFGH is de lengte twee keer zo groot als de breedte. De hoogte is drie keer zo groot als de breedte.
-
Noem de breedte 'x' en druk de lengte van de lichaamsdiagonaal AG uit in 'x'.
-
Neem aan dat AG=$\sqrt{42}$
Bereken de afmetingen van de balk.
|
|
©2004-2024 W.v.Ravenstein
|