`
Twaalf vrienden trekken er een dagje op uit met de wagen. Er zijn 3 wagens beschikbaar.
$
\eqalign{\frac{{\left( {\begin{array}{*{20}c}
{12} \\
4 \\
\end{array}} \right) \cdot \left( {\begin{array}{*{20}c}
8 \\
4 \\
\end{array}} \right) \cdot \left( {\begin{array}{*{20}c}
4 \\
4 \\
\end{array}} \right)}}{{3!}} = {\rm{5775}}}
$
Je kunt groep 1 op $
\left( {\begin{array}{*{20}c}
{12} \\
4 \\
\end{array}} \right)
$ manieren kiezen. Groep 2 kan je dan op $
\left( {\begin{array}{*{20}c}
8 \\
4 \\
\end{array}} \right)
$ manieren kiezen. De rest komt in groep 3 terecht. Dat kan op $
\left( {\begin{array}{*{20}c}
4 \\
4 \\
\end{array}} \right) = 1
$ manier.
Als de volgorde van de groepen van belang is dan kan je groep 1 t/m 3 op $
\left( {\begin{array}{*{20}c}
{12} \\
4 \\
\end{array}} \right) \cdot \left( {\begin{array}{*{20}c}
8 \\
4 \\
\end{array}} \right) \cdot \left( {\begin{array}{*{20}c}
4 \\
4 \\
\end{array}} \right)
$ manieren samenstellen, maar in dit geval is de volgorde van de groepen niet van belang. Je kunt derhalve de groepen 1, 2 en 3 onderling nog verwisselen. Je moet nog delen door $3!$
Als de volgorde van de groepen niet belangrijk is dan zijn de samenstelling van I. en II. in onderstaand plaatje identiek.
Ik heb ze echter in de berekening $
\left( {\begin{array}{*{20}c}
{12} \\
4 \\
\end{array}} \right) \cdot \left( {\begin{array}{*{20}c}
8 \\
4 \\
\end{array}} \right) \cdot \left( {\begin{array}{*{20}c}
4 \\
4 \\
\end{array}} \right)
$ wel allebei geteld.
Sterker nog: er zijn zelfs 6 verdelingen zoals I. en II. die we allemaal hebben meegeteld. Je moet dus nog delen door 6.
Een groep van 24 studenten moet verdeeld worden in 3 even grote quizploegen.
Op hoeveel manieren kan dit als:
Er zijn hier verschillende mogelijkheden. Ik zou denken: ik zet die 2 even apart, maak 2 groepen van 8 en dan komen die 2 wel in de derde groep. Uiteraard kan je dan de groepen onderling weer verwisselen dus:
Het aantal manieren is $\eqalign{\frac{\pmatrix{22\\8}\cdot\pmatrix{14\\8}}{3!}}$
Maar voor hetzelfde geld kan je zeggen: ik stop die 2 in de eerste groep....
Het aantal manieren is $\eqalign{\frac{\pmatrix{22\\6}\cdot\pmatrix{16\\8}}{3!}}$
Of zelfs: ik stop ze in de tweede groep:
Het aantal manieren is $\eqalign{\frac{\pmatrix{22\\8}\cdot\pmatrix{14\\6}}{3!}}$
Het maakt allemaal niet uit...