Actueel
Archief
Culinair
Didactiek
Documentatie
Etalage
Formules
Fotoboeken
Functies
Geschiedenis
ICT
ICTauteur
Laatste nieuws
Lesmateriaal
Muziek
Natuur
Onderwijs
Ontspanning
Persoonlijk
Probleemaanpak
Proeftuin
Puzzels
Rekenen
Rekenmachines
Ruimtemeetkunde
Schoolwiskunde
Snippers
Systeem
Taal van de wiskunde
Vergelijkingen
Verhalen
WisFaq
WisKast




4. haakjes en substituties

Haakjes wegwerken

$
\eqalign{
& a(b + c) = ab + ac  \cr
& (a + b)c = ac + bc  \cr
& (a + b)(c + d) = ac + ad + bc + bd \cr}
$

Voorbeelden

$5x(x + 4) - (x + 3) \cdot 4x $ = $ 5x^2  + 20x - (4x^2  + 12x) $ = $ 5x^2  + 20x - 4x^2  - 12x $ = $ x^2  + 8x$

$(3a - 1)^2  - 2(a^2  - 3)$ = $(3a - 1)(3a - 1) - 2a^2  + 6$ = $9a^2  - 3a - 3a + 1 - 2a^2  + 6$ = $7a^2  - 6a + 7$

Formules combineren

De formules $A=150-3x+2y$ en $y=4x-10$ zijn te combineren tot een formule van de vorm $A=ax+b$. Dat doe je door $y=4x-10$ te substitueren in de formule van $A$. Substitueren betekent 'vervangen door'. Je vervangt $y$ door $4x-10$. Je krijgt dan:

$A=150-3x+2(4x-10)$
$A=150-3x+8x-20$
$A=5x+130$

Dus $a=5$ en $b=130$.

©2004-2024 W.v.Ravenstein