` Wiskundeleraar
©2012 wiskundeleraar.nl

1. voorkennis

Een rechthoekige driehoek

Een rechthoekige driehoek heeft een rechte hoek, twee rechthoekszijden en een schuine zijde. We noemen de schuine zijde ook wel de langste zijde.

q6551img1.gif

$a^2+b^2=c^2$


De stelling van Pythagoras

In een rechthoekige driehoek geldt:

a2+b2=c2

De schuine zijde in het kwadraat is gelijk aan de som van de kwadraten van de rechtshoekszijden.

q6551img2.gif


Voorbeeld 1

$
\angle
$C=90°, dus:

AC2+BC2=AB2
AC2+72=122
AC2+49=144
AC2=95
AC=$
\sqrt {95}  \approx 9,7
$


q6785img1.gif

Voorbeeld 2

$
\angle
$Y=90°, dus:

XZ2=XY2+YZ2
($
2\sqrt 3
$)2=XY2+22
12=XY2+4
XY2=8
XY=$
\sqrt 8  \approx 2,8
$


q6785img2.gif

Volgende

Terug Home

Login View