`
Een tweedegraadsvergelijking van de vorm x2=c los je zo op:
x2=4
x=-2 of x=2
Soms moet je nog wel 'iets doen' om de vergelijking in deze vorm te zetten:
x2-25=0
x2=25
x=-5 of x=5
Bij vergelijkingen van de vorm x2=c kan je 0, 1 of 2 oplossingen krijgen.
Nog meer vergelijkingen
Vergelijkingen als $(x+3)^2-12=4$ kan je met dezelfde methode oplossen...
$(x+3)^2-12=4$
$(x+3)^2=16$
$x+3=4$ of $x+3=-4$
$x=1$ of $x=-7$
Kijk maar 's goed!