$\eqalign{K=\frac{L}{L-3}}$
Vermenigvuldig beide leden met $L-3$
$K(L-3)=L$
Werk de haakjes weg
$KL-3K=L$
Termen met $L$ naar links, de rest naar rechts
$KL-L=3K$
Breng $L$ buiten haakjes
$L(K-1)=3K$
Deel beide leden door $K-1$
$\eqalign{L=\frac{3K}{K-1}}$
Antwoord:-)