` Wiskundeleraar
©2012 wiskundeleraar.nl

Hint

Neem 's aan dat de ene metselaar er 40 uur over zou doen om een toren te bouwen, dan zou de tweede metselaar er 49 uur over doen. Dan zou moeten gelden dat:

$
20\left( {\frac{1}{{40}} + \frac{1}{{49}}} \right) = 1
$

Het zijn, als het ware, de snelheden waarmee de metselaars torens bouwen. Maar die 40 en 49 kloppen niet, maar als je 't met 40 en 49 kan dan kan je 't ook met $x$ en $x+9$... denk ik...

Maar dan?:-)

Dat doen we dan nog wel een keer... als we hoofdstuk 4 gedaan hebben...

Terug Home

Login View