`
Delen is de omgekeerde bewerking van vermenigvuldigen.
$12:4 = 3$ omdat $3 \cdot 4 = 12$ $26:2=13$ omdat $13\cdot2=26$ $0:7=0$ omdat $0\cdot7=0$
Op dezelfde manier kan je dan zien wat breuken zijn:
$1:7=\frac{1}{7}$ omdat $\frac{1}{7}\cdot7=1$ $2:5=\frac{2}{5}$ omdat $\frac{2}{5}\cdot5=2$ $12:5=2\frac{2}{5}$ omdat $2\frac{2}{5}\cdot5=12$