Hier zie je de eenheidscirkel. Het is een cirkel met een straal van 1. De ‘hoek’ is de hoek tussen het lijnstuk MT en het positieve deel van de x-as. Omdat de straal 1 is is de lengte van het 'rode lijnstuk' (verticaal) de sinus van de hoek en de lengte van het 'groene lijnstuk' (horizontaal) de cosinus van de hoek.
$
\sin \angle M = \frac{{overstaande\,\,rhz}}{{schuine\,\,zijde}} = \frac{{ST}}{1} = ST
$
$
\cos \angle M = \frac{{aanliggende\,\,rhz}}{{schuine\,\,zijde}} = \frac{{MS}}{1} = MS
$
|
|