De sinus van 30° is een half en de cosinus 60° is ook een half. Je kunt dat makkelijk onthouden als je bedenkt dat in een 30-60-90-driehoek de lengte van de kortste zijde precies de helft is van de schuine zijde. De 'andere' bijzondere driehoek is de 45-45-90-driehoek.
Daarmee kan je de sinus, cosinus en tangens van een aantal bijzondere hoeken makkelijk onthouden.
|