Ik kan lineaire vergelijkingen en lineaire ongelijkheden algebraisch oplossen
Ik weet dat de algemene formule voor een lineaire functie $y=ax+b$ is. Ik weet dat $a$ de richtingscoëfficiënt is en $(0,b)$ het snijpunt met de $y$-as.
Ik kan de lijn tekenen bij een gegeven lineaire formule.
Ik kan bij een gegeven lineaire grafiek (met roosterpunten) de formule opstellen.
Ik kan bij een gegeven richtingscoëfficient en de coördinaten van een punt bij een lineaire functie de formule opstellen.
Ik kan bij gegeven coördinaten van twee punten van een lineaire functie de formule opstellen.
Ik gebruik daarbij de formule $\eqalign{a=\frac{y_B-y_A}{x_B-x_A}}$.
Ik kan ook de formule opstellen van een verticale lijn.
Ik weet wat een lineaire vergelijking met twee variabelen is. Ik kan daarvan de grafiek tekenen en controleren of een gegeven punt op de lijn ligt.
Ik kan bij een gegeven context een lineaire vergelijking met twee vergelijkingen opstellen.
Ik kan algebraisch een stelsel van twee vergelijkingen met twee onbekenden oplossen. Ik gebruik daarmee eliminatie door optellen en aftrekken dan wel eliminatie door substitutie.
Ik weet dat je bij het exact berekenen van oplossingen van een vergelijking je algebraisch te werk gaat en de oplossing niet af moet ronden.
Ik weet dat je bij het algebraisch oplossen van een vergelijking je al schrijvende stap voor stap naar de oplossing toewerkt.
Ik weet dat $ax^2+bx+c=0$ de algemene formule is voor een kwadratische vergelijking.
Ik ken verschillende methoden om tweedegraadsvergelijkingen op te lossen.
Ik kan tweedegraadsvergelijkingen oplossen met ontbinden in factoren.
Ik ken de abc-formule.
Ik kan bij het oplossen van tweedegraadsvergelijkingen kiezen voor de handigste methode.
Ik weet wat de discrimant is en hoe je aan de discriminant kunt zien hoeveel oplossingen een kwadratische vergelijking heeft.
Ik weet dat de grafiek van een kwadratische verband een parabool is.
Ik kan zien wanneer een grafiek van een kwadratisch verband een dal- of een bergparabool is.
Ik weet wat het verschil is tussen plotten, schetsen en tekenen van een grafiek.
Ik kan met de grafische rekenmachine de coördinaten van toppen, nulpunten, snijpunten berekenen en extremen bepalen. Ik kan bepalen of het een maximum of een minimum is.