4. Feedback
Ik schreef al eerder over de rol van de website en leerroutes bij Analyse 1-3 en Statistiek 1-1. Omdat je op de website leerroutes kan maken gebruik ik wiskundeleraar.nl ook als ontwikkelomgeving. Maar het kan altijd nog gekker. Bij het ‘Vakproject wiskunde & ICT’ hebben de studenten de beschikking over een leerroute waar alle informatie en opdrachten te vinden zijn.
ICT speelt een steeds grotere rol in het wiskundeonderwijs. In deze cursus draait alles om de vraag ‘Wat kun je in de wiskundelessen met ICT?’. In de cursus laten we heel veel voorbeelden zien, maar je gaat ook artikelen lezen, op internet zoeken naar wiskundewebsite, werkbladen maken bij een applet en nadenken over je eigen rol als docent en de manier waarop je ICT in zou kunnen zetten in je lessen.
Bron: studiegids
’t Is dat ik het zelf geschreven heb, maar ’t klopt ook wel zo ongeveer. Het ligt voor de hand om een cursus over ‘wiskunde & ICT’ zelf via ICT te laten verlopen, al was het alleen al als voorbeeld dat zoiets heel goed mogelijk is. De werkcolleges zijn echte werkcolleges: heel soms doe ik nog wel ’s een poging iets van een 'soort toespraakje' te houden maar meestal zitten de studenten gewoon achter de PC de opdrachten te doen waarbij ik rondloop, kijk waar iedereen zo mee bezig is, vragen beantwoord, uit mijn nek zit te kletsen e.d. Meestal is 2x40 minuten niet genoeg om alles af te krijgen, zodat er thuis of elders nog wat verder geprutst moet worden.
De studenten slaan hun werk op in hun webruimte van de hogeschool. In de ‘public-directory’ maken ze mapjes die overeenkomen met de verschillende weekopdrachten. Ik (en de studenten) kunnen van buiten af in die mapjes kijken. In het begin werd ik er, als docent, helemaal gek van. Ik ging dan elke les de mapjes af om te kijken of de opdrachten naar behoren waren uitgevoerd. Maar ja, je ziet het wel aankomen… Niet iedereen heeft alles af… of opdrachten zijn niet goed... of niet helemaal volledig… enz. Maar dan? Een e-mailtje sturen? Ondanks dat dit in een werkruimte heel erg makkelijk gaat moet je dat natuurlijk niet willen. Bovendien blijf je aan de gang. Dus dat moest anders.
Sinds een tijdje geef ik digitale feedback via een soort ingebouwde webapplicatie. Studenten klikken in een afvinklijst de opdracht aan die ze af hebben. Ik kan dan zien dat ik iets moet nakijken, ik kan afwijzen of goedkeuren en een berichtje schrijven voor de student met feedback.
Het idee is goed en ’t werkt volgens mij wel stimulerend. Studenten kunnen hun eigen vorderingen goed bijhouden en ik heb ook een goede indruk van de vorderingen. Kortom: het werkt!
Alhoewel? Ik heb vorig jaar op deze manier 1264 opdrachten van 55 studenten nagekeken. Als je voor elke opdracht 3 minuten uittrekt dan kost dat mij zo’n 63 klokuren, dus zeg maar 16 dagdelen. Voor de 2 cursussen samen kreeg ik 16 dagdelen, dus ergens klopt er iets niet. Tel daar nog even de werkcolleges bij en het ontwikkelen, bijstellen en het maken van zo’n applicatie en het blijkt dat je wel leuke dingen kan bedenken maar ‘echt’ een lui leventje hou je er niet aan over. Ik meen dat het ooit de bedoeling was dat ICT je werk kon besparen?:-)
De cursus wordt afgesloten na inleveren van het evaluatieformulier op papier in mijn postvak. Dat laatste zal ik nog ’s uitleggen.:-)
Samengevat: je kan een website ook gebruiken om heel gericht individuele feedback te geven op het werk van studenten. Het is, ondanks dat ’t veel tijd kost toch heel zinnig om daar mee te experimenteren. Zoiets lijkt me ook heel toepasbaar in het voortgezet onderwijs en taakgerichte vormen van elektronisch leren.
|
12 november 2007
|