3.2.2 Veilige leeromgeving
Creëert in zijn lessen een veilige leeromgeving en een sfeer van enthousiasme:
- Brengt aan de leerlingen over dat fouten gemaakt moeten (kunnen) worden, en dat fouten nuttig en nodig zijn om verder te komen in wiskunde
- Voorkomt wiskundeangst en geeft de leerlingen het vertrouwen dat het wel gaat lukken
- Heeft geduld en kan begrip opbrengen als de leerling het niet meteen snapt.
|
- Ontwerp voor een activiteitendag op je stage/werkplek een praktische opdracht over symmetrie/escherpatronen/ ......, waarin leerlingen hun creativiteit kwijt kunnen.
- Lees van 2.1 „Wiskunde in de basisvorming‟ de hoofdstukken 8, 9 en 10 (samenwerken in de klas, onderzoekende houding, de zelfstandige leerling). Geef een schriftelijke samenvatting. Wat herken je vanuit je praktijkervaring en tot welke voornemens en/of tips leidt dit?
|
|