3.2.4 Aansluiten dagelijks leven
Kan aansluiten bij het dagelijkse leven en de leefwereld van de leerlingen: waar zie jij wiskunde?
|
- Wat is de sju van je werk als wiskundeleraar? Waar loop jij warm voor, welke passie m.b.t. je vak leg je aan de dag, waar probeer je leerlingen enthousiast mee te krijgen? Illustreer je passie door middel van tenminste vijf voorbeelden die bruikbaar zijn in vijf verschillende lessen. Geeft bij elk een schets van: bij welk onderwerp, welke plaats heeft het in de les, hoe organiseer je dat, welke meerwaarde, welke tips.
- Je wandelt in een heldere nacht, de maan wandelt met je mee. Hoe komt dit? Maak een tekening waarmee je dit verklaart.
Uit 1.3: „Meetkunde voor de lerarenopleiding‟
|
|